Onsluiting en Uitdrijving

Ontsluiting

Tijdens de ontsluitingsfase rekken de weeën het onderste deel van de baarmoeder en de baarmoedermond uit, waardoor de baarmoedermond zich opent en het hoofd van de baby kan indalen. Dit alles veroorzaakt pijn. De weeën komen meestal in golven. De tijd tussen de weeën wordt steeds korter en ook worden de weeën steeds krachtiger. Meestal wordt de pijn heviger naarmate de weeën vaker komen.

De meeste vrouwen voelen de pijn in hun buik tijdens de weeën. Soms kunnen vrouwen pijn in de rug ervaren. Ook komt het voor dat vrouwen pijn in de benen hebben, in de onderbuik en vagina, tussen vagina en anus (het perineum) en rondom de anus.

Uitdrijving

Wanneer de ontsluiting voltooid is, begint de uitdrijvingsfase. In deze fase mag je tijdens de weeën meepersen en wordt de pijn veroorzaakt door uitrekking van het geboortekanaal en het perineum. Die pijn is meestal scherper en meer op één plek geconcentreerd dan bij de ontsluitingsweeën.